Bomenkap-ermee
Dijkverbetering Rondehoep
Er ontstaat een interessante intellectuele spanning wanneer je projectmanagementmindset botst met de politieke werkelijkheid. In de polderrijke gemeente Ouder-Amstel werkt het Waterschap aan een dijkverbetering. Een ingrijpend project voor de bewoners, met maanden- zo niet jarenlange overlast door de werkzaamheden. Woon je ook nog in de Rondehoep, ten zuiden van de werkzaamheden aan de A9 dan betekent dat vele jaren extra veel hinder. Inmiddels ben ik meer politiek georiënteerd dan projectmatig. Ik hoop na de volgende verkiezingen namens de lokale VVD in de gemeenteraad te komen. Dat vraagt om een andere mindset, want als je een stem wilt winnen, moet je eerst een stem zijn!
Wat kan de politiek doen?
De bomenkap — iemand met een huis in de polder benadert me en vraagt: “Wat kunnen jullie hieraan doen?” Wat veel inwoners niet goed beseffen, is dat raadsleden in de praktijk maar beperkte invloed hebben op de uitvoering door de gemeente. In dit geval ligt het nog ingewikkelder, want het Waterschap is opdrachtgever en Waternet de uitvoerder. Althans, als ik het goed heb begrepen, want vaak blijken zaken complexer dan ze op het eerste gezicht lijken. Wat ik wél kan doen, is uitleggen hoe het politieke proces werkt. Zo ontstaat er een uitgebreide mailwisseling waarin ik uitleg hoe je als inwoner invloed kunt uitoefenen.
Een extra uitdaging voor mij, als beginnend politicus, is dat ik ook rekening moet houden met de partijlijn. Zoals ik eerder schreef: als er ergens een plek is waar teamwerk de norm is, dan is het wel binnen een fractie. Ik overleg daarom met de fractievoorzitter wat mijn ruimte is. Gelukkig krijg ik voldoende vrijheid om mijn eigen koers te varen.
Politiek moet verbinden!
Op locatie spreek ik met de projectleider en een technisch adviseur, voor het huis van de bezorgde eigenaar. Alle drie zitten we er compleet anders in: de projectleider zakelijk en zonder emotie, de techneut puur inhoudelijk en de eigenaar vol emoties. Op dat moment realiseer ik me ineens hoe stuk de ooit zo geroemde ‘Nederlandse polder’ eigenlijk is. Bomen waarvan ook maar een fractie binnen 9 meter van de dijk staan, moeten weg! Mijn suggestie om gewoon ouderwets te polderen — met elkaar om tafel en zoeken naar een oplossing — vindt geen enkel gehoor.
Het afgelopen jaar, sinds ik politiek actief ben, heb ik dit vaker gezien. Mensen graven zich in, zetten zich schrap in hun eigen gelijk en stoppen met écht naar elkaar te luisteren. Politici roepen om het hardst dat gemeenten participatietrajecten moeten opstarten, maar luisteren intussen liever naar hun eigen ideologische overtuigingen dan naar inwoners die het vertrouwen al lang kwijt zijn.
Zou het niet zo moeten zijn dat raadsleden — en Kamerleden — veel duidelijker laten zien dat zij luisteren naar de mensen die eens in de zoveel tijd op hen stemmen? Ik denk van wel. Dáárom maak ik me druk om die bomenkap. Niet omdat ik er zelf op gekomen was, maar omdat de mensen die daar wonen zich er druk om maken. Hoe dit verhaal afloopt weet ik niet, maar één ding is zeker: ik zal dit project vanuit mijn politieke rol nauwlettend blijven volgen.